Ds. P.L. de Jong in de Thoolse Kerkbode (februari 2018)

Onze oud-predikant ds De Jong schreef in de Thoolse kerkbode een diep en bemoedigend artikel over zijn ervaringen in de afgelopen maand. Met zijn toestemming neem ik het hier voor u over.

‘Op 15 februari ben ik geopereerd in Rotterdam. Via het bevolkingsonderzoek – de paarse enveloppen – was ik opgespoord met een darmtumor. Ik had gedacht dat de datum een paar weken later zou vallen, maar ineens was het zover. Het werd een ervaring zoals ik die niet eerder onderging. Al mijn vrome domineespraatjes aan de veilige kant van de streep bij een zieke verdampten in een paar dagen tijd. In een eeuwige eenzame stilte voelde ik me `s nachts wegzakken. Maar het werd weer licht, er is een vangnet, wij danken God.

Enig houvast vond ik in de psalmteksten die al eeuwen bij de lijdenszondagen horen en die ik al heel lang gewend ben te lezen en te mediteren. Via het Dagtekstenboekje van de Hernhutters, een aanrader. Geopereerd werd ik tussen de eerste lijdenszondag 11 februari en 18 februari. Op 11 februari was het Psalm 31: ` Wees mij een beschuttende Rots, een toevlucht…..’ Toen ik die tekst voorlas aan het begin van de dienst waarin ik 11 febr. voorging ergens in Brabant, zei ik: `Gemeente, qua verkondiging is dit eigenlijk al genoeg voor deze week.’ Het was zo’n typische Protestantse Gemeente van wat bij elkaar geraapte hervormden en gereformeerden in een rooms land. Zo’n gemeente waarop we van de biblebeltkant in de PKN nogal minzaam kunnen neerkijken. Zestig moderne kerkgangers?

Ik was er nooit eerder geweest, kende er niemand, kennelijk een belofte aan iemand die twee jaar terug me had gebeld. Bij de voorbeden moest ik bidden voor een zekere Hans, vijftiger die juist weer in het ziekenhuis was opgenomen voor de zoveelste keer. Wat een ellende, dacht ik. Ineens kwam een mevrouw uit haar bank naar me toe achter de tafel en vroeg: `Mag ik voor Hans bidden, ik ken hem goed.’ Ik zei: `Doet u dat maar.’ En zo deden we samen de voorbeden. Tsja, die PKN is echt zo gek nog niet. Voor mezelf was het een hart onder de riem: er zijn mensen die spontaan voor je bidden. . en: er is een beschuttende Rots…Al deze indrukken gingen mee de operatiekamer in.

`s Zondags was het Psalm 91: `Roep Mij aan, in de benauwdheid zal Ik bij hem zijn en hem mijn Heil doen zien, zegt God.’ Energie om te roepen had ik niet. Dan maar zonder woorden. Ik ben wel eens eerder geopereerd in de lijdensweken. Dat is op zich heel bijzonder omdat God juist in deze weken in pijn, angst en onrust zo dichtbij is in Jezus weg naar het kruis. En je hangt tussen de psalmen 31, 91, 25 twee keer…`God spreekt ook door ons lichaam’, zei een vriend. Dat is zo. Met alles wat erbij hoort. Pijn, eenzaamheid, super zwakte en kwetsbaarheid, wanhoop, vrienden die weg gaan, gevoel van verlorenheid. Ook Jezus vroeg in Gethsemane: Blijf bij Mij, waakt en bidt. Bij Hem bleef niemand. Zo vergaat het ons niet. Wij zijn nooit alleen. Om ons heen wist ik en voelde ik de gebeden en betrokkenheid van zoveel vrienden, familie en de gemeenschap van de gemeente. En daarin Jezus’ belofte: Ik heb voor je gebeden…

Na een week was ik weer thuis. Moe, dankbaar. Het gaat goed. Wel zal waarschijnlijk een korte nabehandeling preventief nodig zijn. Vandaag 4 maart is de psalmtekst ook een zin uit Psalm 25. Meestal kort aangeduid met zondag oculi. Ofwel ‘mijn ogen zijn gedurig op de HERE!’ Ik hou van deze zondag. In de berijming: `d Ogen houdt mijn stil gemoed / opwaarts om op God te letten..’ Dank voor alle signalen van meeleven. Overal vandaan. Eind deze maand hoop ik weer aan het werk te mogen gaan. Een hartelijke groet van mijn vrouw en van mij.

Ds P.L. de Jong’

Plaats een reactie