Zondag 8-5-2022 Schriftlezingen 1 Korinthe 15:1-20 en Kolossenzen 3:1-17
HC Zondag 17 Welk nut heeft de opstanding van Christus voor ons? Antwoord:
Ten eerste heeft Hij door zijn opstanding de dood overwonnen, om ons in de gerechtigheid te doen delen, die hij door zijn dood voor ons verworven had.
Ten tweede worden ook wij door zijn kracht opgewekt tot een nieuw leven.
Ten derde is voor ons de opstanding van Christus een betrouwbaar onderpand van onze eigen opstanding in heerlijkheid.
Paulus gaat in 1 Korinthe 15 in op het denken, dat hij in de gemeente aantrof. Ze twijfelden aan de mogelijkheid van een lichamelijke opstanding.
1. “Als Christus niet is opgewekt”, zo zegt hij, “dan bent u nog in uw zonden”.
M.a.w. als de Heere Jezus niet is opgestaan, dan heeft de dood het gewonnen. Dan heeft ook de zonde het gewonnen.
Jezus hele leven is een strijd geweest tegen de zonde. Van binnen. En van buiten. Het leek erop, dat dat kwaad de overhand had behaald. Jezus’ kruisdood leek het absolute einde te zijn. Ook de discipelen dachten, dat het voorgoed voorbij was. Wat een verdriet toen Hij gestorven was!
Maar dat was zo niet: Jezus stond op uit de dood! De dood werd ontmaskerd, verslagen in Jezus opstanding. Toen kwam de waarheid aan het licht. Toen werd duidelijk dat Hij de weg, de waarheid en het leven is. In zijn opstanding werd Hij gerechtvaardigd.
Pasen is het grote “Ja” van de vader op de weg en het werk van de Zoon.
De weg van Jezus is niet onbetwist geweest. Er werd zelfs gezegd: “Deze spreekt godslastering”. Ze zouden na zijn dood op 33 jarige leeftijd hebben kunnen zeggen: klaarblijkelijk is God tegen Hem. Maar de hemelse Vader zei “ja” tegen zijn werk. En liet hem opstaan.
Nu, dat is een verdienste die de Heere Jezus Christus met ons delen wil. Wij worden met de Heere Jezus Christus verbonden. Door de doop. “U bent met Christus gestorven en opgestaan”. En door de verkondiging. Een goede boodschap van de kansel! En door het persoonlijk geloof.
Zo delen wij, zegt de catechismus, in Zijn gerechtigheid. Als je een erfenis ontvangt, krijg je iets waarvoor je niets hebt gedaan. Maar je moet die erfenis wel willen aanvaarden. Als je weigert krijg je niets!
Vandaar dat in de bijbel zo vaak de oproep klinkt om Christus en zijn weldaden aan te nemen. Ook in 1 Korinthe 15. Zo sprak Paulus in het begin van het hoofdstuk. “Het evangelie van de Opstanding van Jezus Christus, het welk gij ook aangenomen hebt, in hetwelk gij ook staat”. En dat mogen wij doen. In kinderlijke gehoorzaamheid het evangelie aanvaarden. Van Jezus Christus die ons leven overdeed. Die niet faalde waar wij wel falen. Die niet onderuitging waar wij telkens onderuitgaan. Maar voor ons als een tweede Adam het leven verwierf.
En zo mogen wij in een nieuwe verhouding tot de Heere God staan. Als het ware achter de Heere Jezus. We staan achter Hem als onze oudste broeder. Niet gebogen, vanwege de last van onze zonden. Maar rechtop: want we zien op Hem. In Hem zoeken we onze reinigmaking en zaligheid.
2. Christus opstanding heeft betekenis voor het leven nu!
We hebben Colossenzen 3 gelezen. Daar wordt heel sterk de verbinding gelegd tussen Jezus opstanding en ons nieuwe leven. Paulus noemt de doop dan ook een met Christus sterven en opstaan.
En zo, in geloof met Jezus Christus verbonden, worden u en ik opgeroepen een nieuw leven te leiden. Dat is de consequentie. “U bent met Christus gestorven” – “Dood dan uw leden die op de aarde zijn”.
En dan wordt hij verrassend concreet. Hij noemt een aantal zonden die je moet doden! Afslachten! Die horen niet bij het christelijk leven. Die hebben geen plaats! Ze dienen zich wel aan. In onze tijd met de moderne media meer dan ooit te voren. Maar je mag ze geen kans geven!
Paulus zegt dus niet: daar heb je geen last meer van. Hij zegt: “Je hebt er geducht last van, maar wees geen willoos slachtoffer: dood ze! Ga de strijd aan”.
Deze dingen moet je afleggen. Zoals je een vuile overall uittrekt. Als die negatieve dingen er zijn, laat ‘t zien dat je in die zonde je overgeeft aan het oude leven. Dan leef je niet uit je doop! Dan leeft je niet in het geloof!
Zoals eens die dopelingen hun oude vuile kleed uitdeden, en een nieuw wit kleed aantrokken, stop met die zonde! Deze zonden horen niet bij mensen, die uit het paasevangelie leven!
* Overigens blijft Paulus niet in het negatieve steken.
Hij geeft ook positieve aanwijzingen. U bent toch met Christus opgestaan! Bekleed u, zo zegt hij, zoals je een mooi kledingstuk aantrekt. Kleren maken de man!
Even een directe vraag in uw richting: Bent u bereid om dat “aan te doen”! We worden er op grond van onze doop en onze geloofsbelijdenis toe geroepen! Zien anderen dat in u? Of moet u zeggen: nee, dat is afwezig. Misschien zegt u, “ik heb de Heere Jezus Christus van harte lief”. Dat is toch het belangrijkste, de rest is maar bijzaak. Paulus zegt: de rest is helemaal geen bijzaak, maar hangt daar onlosmakelijk mee samen! Leef uit de bron van het heil, Jezus Christus.
-
Want onze toekomstverwachting is met Jezus’ opstanding verbonden.
“als we alleen voor dit leven op Christus onze hoop bevestig hebben, zijn wij de meest beklagenswaardige van alle mensen”. Dat zou wat zijn zeg! Dan ben je in gevecht met zonde. Dat vraagt veel van je. En: allemaal voor niets! Nu, zo is het niet. We lazen in 1 Korinthe 15: “Christus is de eersteling van degenen die ontslapen zijn”. Als die eersteling van de tarwe en gersteoogst maar eenmaal in de tempel gebracht was, dan kwam het met de rest van de oogst ook wel goed.
Nu: Christus is de eersteling. Hij heeft zijn leven gegeven als een offer. En is uit de dood opgestaan.